Wat Is Dimlicht? Complete voorschriften voor autoverlichting!

Wat is dimlicht?

Een dimlicht, ook bekend als kruislicht, is de verlichting die schuin naar beneden schijnt vanuit de koplamp(en) van een voertuig. In tegenstelling tot groot licht, verblindt het dimlicht geen andere weggebruikers. Is het gebruik van dimlicht verplicht? En onder welke omstandigheden moet je dimlicht gebruiken?

Dimlicht uitgelegd

Dit is de meest bekende autoverlichting omdat het alleen werkt in het donker. Als het mistig is, hagel, veel regen of sneeuw valt, rijden veel automobilisten er overdag mee. Het weer in Nederland kan wisselvallig zijn. Wanneer het donker is, moet je dimmen. Bovendien moet u overdag rekening houden met mist, hagel, regen of sneeuw als uw zicht belemmerd wordt en gevaar veroorzaakt. Dimlicht is dankbaar voor zijn naam omdat het ervoor zorgt dat andere weggebruikers niet verblinden. Terwijl het licht niet extreem scherp in de ogen schijnt, moeten tegenliggers een ander voertuig duidelijk kunnen zien als het aankomt. Dimlicht heeft twee doelen: het maakt je zichtbaar voor andere weggebruikers en het geeft je beter zicht op de weg.

Verschil dimlicht en stadslicht

Hoe verschillen stadslicht en dimlicht van elkaar? Dimlicht, hoewel het helder verlicht, veroorzaakt geen hinder voor anderen en wordt meestal gebruikt wanneer er weinig licht is, zoals in het donker. Aan de andere kant kan stadslicht in bepaalde situaties worden ingeschakeld, zoals bij het parkeren op de openbare weg in het donker.

Andere lichten in het verkeer

Je auto heeft ook andere lichten dan het dimlicht. Moderne voertuigverlichting hebben sfeerverlichting, maar die zijn ten strengste verboden.

Dagrijverlichting

De dagrijlichten zijn autolichten die automatisch aangaan. Als je de voormistlichten of dimlichten aanzet, gaan ze ook zelf uit.

Grootlichten

In het donker lichten grootlichten de weg op. Ze kunnen de tegenstanders niet zien. De grootlichten kunnen in de avond worden gebruikt, maar als er een tegenligger komt, zullen ze je verblinden. Het mag niet worden gebruikt als er minder dan 200 m zicht is. Het stadslicht en het dimlicht zijn niet hetzelfde.

Mistlampen

Mistlichten zijn voor en achter. Bij mist of sneeuw op minder dan 100 meter afstand moeten de achtermistlichten worden gebruikt. Als het echter heel hard regent, kunnen ze ook worden gebruikt. Los van deze omstandigheden mag je hem niet gebruiken. Gebruik de voormistlichten alleen bij mist, sneeuw of harde regen. Het is echter niet verplicht.

Lichtpunten

De standlichten werken als een soort bescherming wanneer je je voertuig op de openbare weg parkeert en het niet zichtbaar is vanuit 100 meter afstand. Dit geldt zowel dag als nacht. De standlichten zijn voorzien van twee witte of gele standlichten. En een of twee rode lichten achteraan.

Parkeerlampen

In een bebouwde kom kunnen parkeerlichten worden gebruikt in plaats van standlichten en rode achterlichten. De parkeerlichten worden gebruikt voor parkeren en stilstaan.

Richtingsindicatoren

Er moet in het verkeer een richtingaanwijzer zijn. De richtingaanwijzer toont wanneer u van richting verandert, bijvoorbeeld naar rechts of links. Het moet tijdig worden aangemaakt, niet wanneer je verandert. Je moet het gebruiken als je een rotonde verlaat, maar niet tijdens het oprijden.